Nog betere werking antibiotica dankzij promotieonderzoek apotheker Emiel Leegwater

30 januari 2025

Bij nóg meer patiënten van het HagaZiekenhuis hebben antibiotica tegenwoordig een beter effect en zo weinig mogelijk bijwerkingen. Dit is te danken aan onderzoek waarop Emiel Leegwater in november 2024 is gepromoveerd.

Emiel Leegwater mag trots zijn: in de bijsluiters van posaconazol en flucloxacilline staan sinds kort mogelijke bijwerkingen vermeld die hij met zijn studie naar antibiotica aan het licht heeft gebracht. Dit is nuttige informatie voor artsen en patiënten. Emiel werkte van 2018 tot begin 2024 als apotheker-onderzoeker in Apotheek Haagse Ziekenhuizen. Zijn promotieonderzoek draaide om patiënten in het HagaZiekenhuis. Hij achterhaalde nog veel méér dan de bijwerkingen van posaconazol en flucloxacilline.

Maatwerk

“Het HagaZiekenhuis heeft een commissie voor antibiotica”, vertelt Emiel. “Een infectioloog, microbioloog en ziekenhuisapotheker overleggen over effectief gebruik van antibiotica. De commissie had een aantal vragen. Dat was het uitgangspunt voor mijn onderzoek.” Hij legt uit: “Veel antibiotica zijn in de jaren zestig en zeventig ontwikkeld via onderzoek bij gezonde jonge mannen. Daaruit is een standaarddosis voortgekomen, een dosis voor in principe elke patiënt. Maar is dit wel de juiste dosis voor iedereen? Is er niet meer maatwerk nodig? De commissie wilde ook meer weten over mogelijke negatieve effecten van antibiotica. En toen tijdens mijn onderzoek de coronapandemie uitbrak, ging ik ook kijken naar de effectiviteit van een bepaald medicijn tegen Covid-19.”

Wiskundig model

Emiel richtte zich op vijf patiëntgroepen: kinderen, Covid-19-patiënten, patiënten op de Intensive Care (IC), patiënten met slecht functionerende nieren en patiënten met een ernstige infectie. “Allemaal mensen van wie net wat minder bekend is wat antibiotica opleveren”, zegt hij. “Nadat ze het middel hadden gekregen, zijn een paar keer per dag buisjes bloed afgenomen. Zo kon ik vaststellen hoeveel antibioticum de patiënten op die momenten in hun bloed hadden. Ook had ik van elke patiënt gegevens zoals het lichaamsgewicht. Met een wiskundig model kon ik vervolgens berekenen welke dosering van het antibioticum nodig was voor een optimaal effect.”

Emiels werk leverde resultaten op waarmee de zorg voor patiënten kan worden verbeterd. Een voorbeeld: “Patiënten op de IC krijgen ceftriaxon. We weten nu dat dit antibioticum meer effect heeft wanneer je het 24 uur lang geleidelijk toedient via een infuus. Dat werkt beter dan eens per dag een kortdurend infuus.  Een ander voorbeeld gaat over coronapatiënten. Hun ziekteproces verloopt grofweg in twee fases: eerst een virusinfectie, daarna een reactie van het lichaam. Coronapatiënten krijgen het antivirale geneesmiddel remdesivir. Maar wat is daarvoor het beste moment? Uit mijn onderzoek blijkt dat de eerste fase te zijn.”

Extra kalium

Verder concludeerde Emiel dat het antibioticum flucloxacilline kan leiden tot een hypokaliëmie: een te lage concentratie van het mineraal kalium in het bloed. “Door dit onderzoeksresultaat kunnen artsen hier nu meer op bedacht zijn”, zegt hij. “Is de concentratie te laag? Dan kunnen ze met tabletten of via een infuus extra kalium in het lichaam brengen. Ook weten we dankzij mijn onderzoek dat sommige patiënten door een slechte nierfunctie weinig van het antibioticum cotrimoxazol uitplassen. Dan blijft er te veel in het lichaam en kan het middel bijwerkingen geven. In de landelijke richtlijnen voor apothekers komt daarom te staan hoeveel minder cotrimoxazol artsen moeten geven aan mensen met een verslechterde nierfunctie.”

Emiel is inmiddels in opleiding tot ziekenhuisapotheker in Rijnstate. Nu is hij tijdelijk een jaar op uitwisseling in het Radboudumc. “Maar ik blijf meedenken over nieuwe studies in het HagaZiekenhuis. Een apotheker-onderzoeker kijkt nu bijvoorbeeld naar de optimale inzet van andere antibiotica en naar de wisselwerking tussen antibiotica en andere geneesmiddelen.”

Naar het overzicht